De prinses van Dwingeland moet altijd iets: netjes zijn, lief lachen, op tijd thuis zijn voor het eten... Maar op haar trampoline is ze zo vrij als een vogel. Ze springt hoger en hoger, net zo lang tot ze over de muur van de paleistuin kan kijken naar het buurland Magniksië. In dat land woont een prins. Die mag helemaal niks. En zeker niet zwaaien naar de prinses op haar trampoline (maar dat doet hij lekker toch). Wat lacht ze lief! denkt de prins blozend.Wat heeft hij mooie ogen! denkt de prinses met bonkend hart (van het springen natuurlijk...). Vrolijke verhalen waarin niet altijd alles over rozen gaat.